Wat is het Verschil tussen een Schaduw van Kedusha en een Schaduw van Sitra Achra?
Er staat geschreven (Hooglied 2) "Totdat de dag aankomt, en de schaduwen vlieden". We moeten begrijpen wat schaduwen in het werk zijn en wat twee schaduwen zijn. Het is zo dat als men niet Zijn Voorzienigheid voelt, men niet voelt dat Hij de wereld leidt zodat het "Goed dat goed doet" is, dan wordt het als een schaduw geacht die de zon verbergt.Met andere woorden, terwijl de lichamelijke schaduw de zon verbergt, verandert het niets aan de zon, en de zon schijnt op volle kracht, dus iemand die het bestaan van Zijn Voorzienigheid niet voelt, wekt geen verandering op bovenin. Daaruit volgt dat er geen verandering bovenin is, zoals er geschreven staat, "Ik de Schepper verander niet."In plaats daarvan vinden alle veranderingen in de ontvangers plaats. We moeten twee dingen onderscheiden in die schaduw, in die verhulling.1. Als iemand nog steeds de vaardigheid heeft om de duisternis en de verhullingen die men voelt te boven te komen, de Schepper te rechtvaardigen en te bidden tot de Schepper, dat de Schepper zijn ogen zal openen om te laten zien dat alle verhullingen die men voelt van de Schepper komen, en dat de Schepper iemand dat alles aandoet zodat men zijn gebed kan vinden en kan verlangen om aan Hem verbonden te zijn. Dat is omdat alleen door het leed dat men van Hem ontvangt, wensen om los te breken van de problemen en te vluchten van de verschrikkingen, men dan alles doet wat hij kan. Daardoor, bij het ontvangen van de verhullingen en de beproevingen, is men zeker het bekende geneesmiddel te maken, om veel te bidden dat de Schepper hem zal helpen en hem zal voortbrengen uit de toestand waarin hij zich bevind. In die toestand gelooft men nog steeds in Zijn Voorzienigheid.2. Als iemand tot een toestand komt waarin hij niet langer kan overwinnen en zegt dat al het leed en pijn die hij voelt tot hem komen omdat de Schepper hem het gezonden heeft als een reden om in graad te stijgen, komt hij in een ketterse toestand. Dat is omdat men niet kan geloven in Zijn Voorzienigheid, en begrijpelijkerwijs kan men niet bidden.Het blijkt dat er twee soorten schaduwen zijn, en dat is de betekenis van "en de schaduwen vlieden," hetgeen betekent dat de schaduwen weg zullen vluchten van de wereld.De schaduw van Klipa (let. Schil) wordt "Een andere god is steriel en draagt geen vrucht." genoemd. In Kedusha (let. Heiligheid), echter, wordt het genoemd: "Onder zijn schaduw genoot ik te zitten, en zijn vrucht was zoet op mijn gehemelte." Met andere woorden, men zegt dat alle verhullingen en de beproevingen die iemand voelt zo zijn omdat de Schepper hem die situaties gegeven heeft zodat men een plek zou hebben om te werken boven de rede.Als iemand de kracht heeft om dat te zeggen, dat de Schepper hem dat veroorzaakt, in zijn voordeel, wat wil zeggen dat iemand door die dingen kan komen, en kan werken om te geven, en niet voor zichzelf, dan bereikt diegene bewustzijn. Met andere woorden, hij gelooft dat de Schepper specifiek van zijn werk geniet, welk geheel boven de rede is gebouwd.Het blijkt dat iemand niet tot de Schepper bidt dat de schaduwen zullen vluchten van de wereld. Men zegt eerder: "Ik zie dat de Schepper van mij wil dat ik met Hem werk op zo'n manier, wat geheel boven de rede is. "Daarom, in alles wat men doet, zegt men, "Natuurlijk geniet de Schepper van dit werk, dus waarom zou het mij uitmaken of ik in een toestand van verhulling van het gezicht werk?"Omdat iemand wil werken omwille van het geven, wat wil zeggen dat de Schepper zal genieten, heeft hij geen degeneratie van dit werk, een gevoel dat de Schepper niet van het werk geniet, als men in een toestand van verhulling van gezicht is. In plaats daarvan, gaat men akkoord met het leiderschap van de Schepper, dat wil zeggen, hoe de Schepper hem ook het bestaan van de Schepper wil laten voelen, hij gaat met zijn hele hart akkoord. Dat is omdat men niet overweegt wat hem kan vergenoegen, maar overweegt wat de Schepper kan vergenoegen. Daarom brengt die schaduw hem leven.Dat wordt genoemd, "Onder zijn schaduw genoot ik," wat betekent dat men een toestand begeert waarin enige zege kan plaatsvinden boven de rede. Daarom, als men zich niet inspant in een toestand van verhulling, als er nog steeds ruimte is om te bidden dat de Schepper hem dichterbij brengt, en hij verwaarloost dat, op die manier wordt hem een verhulling gezonden waarin iemand niet eens kan bidden. Dat is vanwege de zonde van het niet inspannen met alle macht om tot de Schepper te bidden. Om die reden komt men tot een toestand van zulke laagheid. Echter, nadat iemand tot die toestand gekomen is, krijgt hij medelijden van boven, en wordt hem nog een keer een opwekking van boven gegeven. Hetzelfde patroon begint opnieuw totdat men uiteindelijk sterk wordt in gebed, de Schepper zijn gebed hoort, en de Schepper hem bij Hem brengt, en hem hervormt.